top of page
Zoeken
Evelien

Het verhaal van Lenie

Lenie, Noorderling van het eerste uur en al haar hele leven vrijwilliger, kwam in de schulden terecht toen plotseling haar man overleed. De schuldsanering zorgde ervoor dat ze niet meer na hoefde te denken over haar uitgaven, maar liet haar wel in angst zitten over hoe het zou gaan als die hulp zou eindigen. Dit is haar verhaal.



Noorderling en jonge moeder

Als kind groeide Lenie op in Kattenburg: eerst met haar hele gezin bij oma en opa boven hun café, en later een paar huizen verderop. Toen de woningen werden gesloopt, vonden haar ouders een nieuwe woning op het Texelplein in Amsterdam Noord. Van een kamer waar ze met zijn vijven moesten slapen – haar ouders, haar twee broertjes en zij – gingen ze naar een huis met bijna een kamer voor iedereen. Veel mensen aan we het ze vertelde, zeiden: “Noord? Daar wil ik nog niet dood gevonden worden” Maar Lenie was er blij mee: “op het dorp” was meer ruimte dan in de stad.

Net als haar moeder en oma trouwde Lenie jong. In 1971 trouwde ze met haar man, en binnen een jaar werd haar zoon Jack geboren. Eerst konden Lenie en haar gezin wonen in het huis van de overbuurvrouw. Na een uitgebroken brand verhuisden naar de Walcherenweg, waar ze nu nog woont, al 36 jaar.


Overal werken, maar vooral voor de buurt

Na de middelbare school is Lenie naar de Huishoudschool gegaan en daarna naar de naaisterschool. Toen ze zakte in het tweede jaar zei haar docent tegen haar: “jij hebt zo’n goede babbel, jij redt het wel, óók zonder diploma.” En dat bleek. In winkels heeft ze gewerkt, en als conductrice in de tram. Tien jaar heeft ze gewerkt in de gezins- en bejaardenzorg. Door strengere regels mocht ze uiteindelijk niet meer bij één van haar cliënten blijven. Dat vond ze zo erg dat ze is opgestapt, om uiteindelijk in haar vrije tijd nog vaak deze cliënt te bezoeken en verzorgen. Het laat zien hoe zorgzaam Lenie altijd al in het leven heeft gestaan. “Als ik niet werkte, organiseerde ik clubjes voor kinderen of kookte ik voor 15 mensen. Vrijwilligerswerk is ook een baan.” Haar reputatie als betrokken buurtbewoner leverde haar een baan op bij buurthuis de Rietwijker in de Banne, en bij buurtcentrum De Driehoek in Tuindorp Buiksloot.


Opkomen voor anderen

Dat opkomen voor anderen zat er al vroeg in. Doordat haar moeder, oma, en dochter allemaal jonge moeders waren, leerden ze al snel dat je elkaar nodig hebt, en dat je met elkaar moet delen. Ze kan erg slecht tegen ongelijkheid. Dat zorgde voor een leven vol activisme. Samen met een groep andere mensen heeft ze bijvoorbeeld de stadsdeelraad bezet, om te voorkomen dat er een basisschool werd gesloten. Een week lang zaten ze daar op de grond. Uiteindelijk werden ze weggehaald door de ME, maar ze hadden succes: de school mocht blijven. In al die jaren is haar duidelijk geworden wat de kracht is van een groep. Toen zij bij één van de acties het stadsdeelkantoor binnenliep en begon met “wij eisen…”, werd haar meteen de deur gewezen. “Wij eisen? Je bent alleen!”

Wel mist ze zo’n actieve houding bij veel jongere mensen. “Ik hoop dat die jongelui een beetje op gaan staan en dat ze kracht en energie van de oudere generatie activisten over kunnen nemen. Je moet strijden voor je medemens.”


Geldproblemen

In 2010 veranderde haar leven drastisch, toen haar man plotseling overleed aan de gevolgen van kanker. De uitvaart was 8000 euro. Ze waren niet verzekerd, maar op het moment dat ze de uitvaart moest regelen, kon ze er niet helder over nadenken. Lenie wilde voor haar man alleen het mooiste. Zo raakte ze in de schulden. Ze kon niet meer werken, had geen inkomsten en het lukte niet meer om rekeningen te betalen. Ook schulden van het ziekenfonds begonnen zich op te stapelen. Ze was altijd van huis om maar de deurwaarders te ontwijken.

Lenie ging naar Doras voor hulp, die een vrijwilliger stuurde om al haar papieren op orde te krijgen. Via de gemeente kreeg ze een uitkering en kwam ze in de schuldsanering. Nadat een lening van 8000 euro bij de gemeentelijke kredietbank werd afgewezen, werd ze onder curatele geplaatst. Van een budget van 1600 euro ging ze naar 940 euro per maand. Ze had recht op partnerschapspensioen, maar hier zag ze niets van terug. Het werd direct afgetrokken van haar eigen uitkering.

In de periode die volgde, kreeg ze 40 euro leefgeld per week. Het moeilijkste was dat rond Sinterklaas en Kerst. Geen cadeaus voor de kinderen en kleinkinderen kunnen kopen deed haar echt pijn. Ze werd er wel creatief van: als ze aangaf naar de kapper te moeten gaan, kreeg ze meer leefgeld – maar dat gaf ze uit aan goedkope haarproducten en de rest van het geld kon ze apart zetten voor cadeaus.

Ze was dankbaar voor de hulp die ze kreeg, maar Lenie is, zoals ze het zelf zegt, “nooit een geweest om alleen mijn hand op te houden. Ik wilde wat terugdoen.” Daarom is ze vrijwilliger geworden bij de Voedselbank. Ze deed het om zich nuttig te maken – dat ze er zelf een voedselpakket voor terugkreeg, was een leuke bijkomstigheid. Het was een hechte club vrijwilligers, waardoor ze er nog lang bleef, ook ver nadat ze uit de schulden was.


Spekjaren

Haar schuldsanering duurde drie jaar, en eindigde in 2013. Wat ze graag anders had gezien, was nazorg toen ze uit de schuldsanering kwam. Van een situatie waarin alles voor haar geregeld werd, moest ze opeens alles zelf uitzoeken. Alle instanties aanschrijven, het sociaal fonds bellen, de sociale dienst inschakelen. Het is haar gelukt, ze houdt nu goed haar post bij en kon haar hoofd boven water houden. Maar voor hoe veel mensen moet dat anders zijn gegaan? “Als ze aan het begin alles van je afpakken, moeten ze het daarna ook allemaal weer voor je regelen. Dat je weer kan starten. Dat je niet in de angst zit van: zal alles wel goed gaan.”

Vanaf 2020 krijgt ze AOW en haar eigen pensioen, en ziet ze daarom eindelijk haar partnerschapspensioen terug. Ze hoefde ze ook niet meer voedselpakketten mee te nemen. “Nu ben ik spekkoper: ik had 7 magere jaren, nu heb ik 7 vette jaren.” Het geeft veel meer rust. “Rijk zal ik nooit worden, zo’n type ben ik niet,” zegt Lenie. “Maar ik kan mijn kinderen nu helpen, en ik kan wat extra’s kopen voor mijn kleinkinderen.”

55 weergaven

Comments


bottom of page